Tjan is van boven de grote rivieren, en dus snapt hij niets van het fenomeen carnaval, dat in het zuiden des lands de hele goegemeente meerdaags en bovendien letterlijk lam legt. Zuiderlingen weten het zeker: Carnaval is vrolijkheid en jolijt, bier en plezier, en – heus waar – het hoogtepunt van het jaar. En wie het anders ziet, die snapt het niet. Tjan snapt dat dus niet.
Wie het ook anders zag, maar het toch dondersgoed lijkt te snappen, was de van oorsprong Zweeds fotografe Mandra Wabäck (1970), die zich in februari 2009 liet onderdompelen in het Maastrichter feestgedruis. Haar foto’s bewijzen het: carnaval ís niet leuk. Vorige week donderdag bezocht Tjan bij toeval Wabäcks expositie Carnaval in de Galerie van de Melkweg in Amsterdam. De mensen die hij op de foto’s zag waren stuk voor stuk feestelijk gekleed, maar in hun ogen brandde niets wat ook maar in de verste verte aan plezier deed denken. Uitgedost, maar even uitgehost. Vreemd genoeg associeerde Tjan de gezichtsuitdrukkingen die hij in de mooie serie van Wabäck zag vooral met die op de foto’s die gemaakt werden in New York, op 11 september 2001, toen de straten van de Big Apple werden bevolkt door Amerikanen die net de hel op aarde hadden aanschouwd. Wabäcks maken pijnlijk duidelijk dat de scheidslijn tussen gespeelde vreugde en echt verdriet flinterdun is. Fascinerend, vond Tjan.
Ik kom ook van (ver) boven de grote rivieren en snap dat hele gecarnaval-hoempapa-tralala niet. Maar deze foto’s zijn erg boeiend! Eindelijk ook eens van iets carnavallerigs genoten.